Alle berichten van admin

Bericht 7

  • Datum:           Dinsdag 22 mei
  • Traject :          Pertuis – Avignon
  • Afstand:          82 km.
  • Weer :              20 graden, bewolkt, weinig wind, prima fietsweer
  • Parcours:       Nagenoeg vlak, door het dal van de Durance

Eerst even de rekensom van gisteren: we moeten de afstand van 1800 km. verdelen in de verhouding 100 staat tot 175. Mijn deel is dan 100/275 keer 1800, dat is 655. Mijn maatje doet 175/275 keer 1800 en dat is 1145. Dat zou ergens tussen Macon en Besancon kunnen zijn. Ik ben benieuwd.

‘Houd je je vak nog een beetje bij’?, zo vroeg mijn zwager me in Antibes.  Ik ontkende het, maar achteraf gezien had ik ook kunnen zeggen: ‘Ja, vrijwel elke dag’.  Want onderweg zijn, zeker op de fiets, is de hele dag aardrijkskunde! Je kijkt goed om je heen naar de geordende geo en probeert een beetje te duiden en te snappen wat je ziet. ‘t Is bijna werken.

Om 9 uur verlaat ik het zeer sympathieke en goed verzorgde Chambre d’Hôte- adres in Pertuis. Het heeft de voor vandaag toepasselijke naam ‘Villa Hydra’. Mijn gastheren klagen dat het hier dit voorjaar erg veel regent. Ook vandaag. Ik start in een lichte motregen en er kan dus een jasje aan. Vandaag fiets ik veel landelijke weggetjes, soms echte fietspaden, over een vrijwel vlak parcours. Boven de parallel aan mijn route gelegen imposante bergruggen hangt zware bewolking wat volgens mijn vak (hoor mij…) niet onlogisch is. Ik rijd overwegend vlak omdat ik het dal volg van de Durance. Die begint bij Briançon en eindigt in de Rhône. Onderweg veel akkerland, maar ook veel fruitteelt. Ik zie vrijwel geen vee. Wat me ook opvalt is dat je zo weinig zonnepanelen ziet. Waarschijnlijk (gokje) is de grote capaciteit van de diverse Franse kerncentrales een reden dat de aanschaf van zonnepanelen niet wordt aangemoedigd met bijv. subsidies. De zon wil hier in de Provence wel meewerken.

Bestuurlijk telt Frankrijk 18 zogenaamde Regio’s, 102 departementen en nota bene ruim 35.000 gemeenten! Dat laatste is een bijna achterlijke kleinschaligheid, die ik onderweg tegenkom in o.m. een grote hoeveelheid ‘Mairies’ met meestal het bekende ‘Liberté, égalité en fraternité’.  Voor die vaak kleine dorpen/stadjes moet ik vaak flink in de pedalen. Wat dat betreft voel ik me als fietser een ‘single handicapper’.  Want zodra de hellingspercentages in de dubbele cijfers gaan, moet ik al snel afhaken en kleine stukjes lopen. Ikzelf, mijn fiets en bagage leveren samen een massa op van 110 kilo en dat trap ik niet omhoog bij 12 procent. Of dat wiskunde is of aardrijkskunde laat ik in het midden, maar veel is het wel. Teken het maar eens met een geo(!)driehoek, tenminste als de millimeterstreepjes er goed op staan afgedrukt.

Over het ontzag van de automobilist voor de fietser schreef ik al eens eerder. Ik houd mijn waardering staande, want we moeten de weg nogal eens delen. Op eerdere fietsreizen zag ik het blauwe verkeersbord met de tekst ‘Partageons la route’.  Ze doen het, al heb ik het bord nog niet gezien.

Mijn gemiddelde snelheid ligt vandaag merkbaar hoger, want al ruim voor vier uur rol ik Avignon binnen. Deze stad wordt ook wel het Rome van Frankrijk genoemd, want ruim een eeuw lang woonden er pausen. Vandaar ook het grote, monumentale pauselijk paleis. Maar Avignon is misschien nog bekender van het liedje dat wij vroeger op de HBS zongen:

Sur Le pont d’Avignon, l’on y danse, l’on y danse…….e.v.

Ik neem mijn intrek in Hotel du Parc in het centrum van de stad. Een ‘basic’ accomodatie met één ster, maar voor mij voldoende. Eenmaal binnen begint het te stortregenen. Mooi geluid, ook al heb ik geen zolderraam.

De Durance
Donkere wolken pakken samen
Koopjes onderweg: € 59.000,-
“Comme ci”
Maar ook “comme ça”

 

Bericht 6

  • Datum:      Maandag 21 mei, 2e Pinksterdag
  • Traject :     Draguignan – Pertuis
  • Afstand:    100 km.
  • Weer :         21 graden, licht bewolkt, weinig wind, prima dus.
  • Parcours:   Over niet-fietspaden door heuvelend en bebost gebied.

Even vooraf voor mijn ‘volgers’: soms moet je de site even verversen in de adresbalk. De foto’s verschijnen meestal wat later.

‘Dr. LIvingstone I presume’?

Deze legendarische woorden sprak Stanley in de binnenlanden van Afrika , nadat hij de zoekgeraakte ontdekkingsreiziger Livingstone had gevonden.

Hoezo dit citaat? Het geval wil, dat op mijn startdatum van 20 mei een kennis van mij op dezelfde datum aan dezelfde tocht is begonnen, alleen…..vanuit Nederland. Het is een echte fietsliefhebber, want hij toert ook regelmatig rond met een ligfiets en zelfs met een ‘banaan’. Naar Frankrijk neemt hij – net als ik – de toerfiets. Alleen, waar ik ongeveer 100 km. per dag fiets, rijdt hij ongeveer 175! We rijden grotendeels dezelfde route, dus rijst natuurlijk de interessante vraag of, waar en wanneer wij elkaar zouden kunnen treffen. Toen ik hem hiernaar vroeg, reageerde hij gevat en geruststellend met de woorden ‘Staneley en Livingstone hebben elkaar ook gevonden! Vandaar.

Het levert natuurlijk ook een leuk rekensommetje op. Want, gesteld dat de afstand 1800 kilometer is, bij welke ‘kilometerpaal’ kunnen wij dan ongeveer dezelfde legendarische woorden uitwisselen. Hij 175 en ik dus 100 per dag. Nu ben ik een alpha, maar ik ben eruit gekomen. Lukt het jullie ook? Morgen het antwoord.

Vandaag ook weer gefietst natuurlijk. Onder het excuserende motto  ‘ liever ikken dan hikken’ komt hier mijn vervolg:

Vandaag rijd ik door een rustig deel van de Provence. Het landschap is heuvelig en voor grote delen bebost. Maar er zijn ook graanakkers, olijfboomgaarden, wijngaarden en improductieve stukken grond. De bodem is bruin/roestkleurig en steenachtig. Typerend voor de Provence. Af en toe een stadje met een mooi historisch centrum, waar de Fransen onder de schaduwrijke platanen op het terras zitten te kletsen of waar ze ook vaak ‘Pétanque’ spelen. Echt prachtig natuurlijk voor de francofielen. Opvallend zijn de torenspitsen van veel kerken: ze bestaan uit open staalconstructies, een soort ‘spitskooien’. Een echte spits zal wel te duur zijn geweest.

Op lastige en stille trajecten is de muziek mij weer sterk van dienst. ‘De Kast’ komt  o.a. voorbij met ‘overleven’. Het levert een mooie fietscadans op voor het overleven van de hellingen. Het komt uit het album ‘welkom thuis’. Woorden die nu nog wat aan de vroege kant zijn, maar nu ik richting huis fiets zijn ze toch wat treffender. Op verstilde momenten – ja die zijn hier wèl – laat ook Leonard Cohen weer van zich horen, zelfs in een Friese variant! Oh ja, jullie weten het natuurlijk ook al, Emmen is gepromoveerd naar de Eredivisie. Moeten we daar wel blij mee zijn?, zo vroeg ik via de mail een kenner. Zijn antwoord: ‘Wel leuk, al is het maar voor een jaar’. Eens!

Om half zes krijg ik toegang tot een leuk Chambre d’Hôte in Pertuis. Morgen naar het Rhône-dal.

De foto’s hieronder geven een indruk van onderweg zijn.

Bericht 5

  • Datum:        Zondag 20 mei, eerste Pinksterdag
  • Traject :       Antibes – Draguignan
  • Afstand:      80 km.
  • Weer :          22 graden, volop zon, weinig wind, een 10
  • Parcours:    Deels pittig, deels licht glooiend

‘Op een mooie Pinksterdag, samen in de zon’. Zo begon de dag met een ontbijt op het terras van mijn familie. Het liedje van Leen Jongewaard bleef me de hele dag achtervolgen. ‘Het kan van de behanger zijn of van een Franse zanger zijn, of iemand uit Den Haag’. En meer van die flarden. Een ‘oorwurm’, noemde hersenprofessor Erik Scherder dat onlangs en de oplossing was o.m. het kauwen van kauwgum. Nee, daar ben ik geen liefhebber van. Andere muziek gaan luisteren werd ook gesuggereerd. Alleen, zo vertelde hij, dat hielp Jaap van Zweden niet, want die kon nieuwe muziek instuderen, terwijl hij op de achtergrond ook andere muziek hoorde! Ja, dat zijn de echten natuurlijk. Sorry, ik dwaal af, we moeten op weg.

ik neem afscheid van een vijfsterren B&B, zet de dagteller op nul en daal af door de straat met de toepasselijke naam Bel-Air. Ik stort me in de ochtenddrukte van Antibes, Juan les Pins en de boulevard richting Cannes. De zee ligt erbij zoals het hoort: azuurblauw. Nee, verstild fietsen is er hier niet bij. Je komt jezelf niet tegen, maar anderen destemeer: verkeersdeelnemers, flanerend publiek, badgasten en dat alles in een eindeloze reeks van strandtenten, hotels, winkels en appartementcomplexen in romige of witte kleuren geschilderd. Uit voorzorg mijn gele hesje maar aangedaan en dat blijkt vandaag wel effectief te zijn. Want het traject van vandaag omvat, vooral na Cannes, heel veel niet-fietspaden, dus samen optrekken met autoverkeer.

In Cannes overheerst de opruimwoede, want het filmfestival is voorbij. Bij Mandeliéu – La Napoule kijk ik even bij een sjieke golfbaan. Tot mijn gerustelling observeer ik een spelniveau dat mij en ons (G-groep) bekend voorkomt. De ‘merdes’ zijn niet van de lucht. Even later raak ik opgesloten in een wooncomplex. De navigatie stuurt mij er heen, maar heeft het mis omdat alles er doodloopt. Als ik wil terug wil stuit ik op een dichtgerold ijzeren hek. Gelukkig ben ik blijkbaar zichtbaar op een camera, want na een   toch wel lang minuutje gaat spontaan het hek open en kan ik verder.

De Côte d’Azur dankt haar milde klimaat o.m. aan de ‘beschermende’ bergen in het directe achterland, die de kou uit het noorden weren. Die mildheid ervaart de fietser niet, want zodra ik de kust verlaat begint het klimwerk. Weliswaar geen Alpen-niveau, maar vanuit het vlakke ‘niets’ toch wel ineens pittig. De route gaat langs de randen van het rijk beboste ‘Parc naturel de l’Esterel. Vanwege de vele bochten is het een aantrekkelijk circuit voor racefietsers, maar met name voor motorrijders, nee liever halve motorcoureurs die associaties oproepen met Mike Hailwood, Giacomo Agostini of mijn favorieten van destijds: Phil Read en Bill Ivy.

ik pauzeer in de voormalig Romeinse badplaats Fréjus, waar ik in een park een lunch verorber met uitzicht op een paar restanten van een aquaduct. In het fraai Mediterraan gekleurde centrum is een grote Pinksterbraderie aan de gang, waar ik doorheen laveer.

Na Fréjus wordt het landschap wat licht glooiend en wat ‘gewoner’. Tegen vieren arriveer ik bij het via Booking.com gereserveerde hotel Victoria in Draguignan, een stad met zo’n 40.000 inwoners. Ook daar is het feest: kermis, muziekoptredens en een (papieren) bloemencorso. Ik bof maar!

Vertrek
Aquaduct in Fréjus
Platanentunnel
Steegje in Fréjus 
Gevelkleuren

Bericht 4

  • Datum: Zaterdag 19 mei

Voor vandaag heb ik Cannes op mijn programma gezet. Ook weer zo’n roemrijke verblijfsplaats aan de Côte d’Azur, maar natuurlijk vooral bekend vanwege het jaarlijkse, vandaag zelfs eindigende, filmfestival. Hier doen de grote sterren hun jaarlijkse loopjes op de rode loper .

Omdat ik morgen ook al het traject Antibes – Cannnes fiets ėn omdat ik alleen een stadsbestemming heb neem ik de trein: een comfortabele en opvallend stille dubbeldekker die mij binnen een kwartier aflevert op het station van Cannes. Van daaruit ben je binnen 5 minuten lopen op de Croisette, zeg maar de ‘Boulevard des Anglais’  van Cannes. Alleen die van Cannes is nu nog veeldrukker vanwege het filmfestival. Het wemelt er van bewakingspersoneel dat allerlei toegangen tot evenementen en besloten terreinen reguleert. Bij het ‘Palais des festivals’, waar zich de rode loper bevindt, staat een waanzinnig lange rij wachtenden. Ik heb eerlijk gezegd niet veel idee wat ze ‘binnen’ precies gaan beleven, naast het bekijken van één van de ingezonden films. Ik kies voor een film die zich ‘live’ voor je ogen voltrekt als je gewoon op een bankje gaat zitten. Want over en langs de boulevard passeert rollend en lopend een bont stoet voorbijgangers: brullende motoren, blitse cabrio’s (waaronder een Excallibur), zwervers, skaters, charmante dames met de allures van filmsterren, maar, laat ik eerlijk zijn, het ‘gewone’ publiek is natuurlijk ver in de meerderheid. Wat ontbreekt, oftewel wat ik veel meer zou verwachten, zijn de straatmuzikanten of de ‘human statues’ die je anders zo vaak op toeristische plekken aantreft.

Na het festivalterrein loop ik nog een stukje omhoog naar de oude stad, Le Suquet, vanwaar je een mooi uitzicht hebt op Cannes. Daarna begeef ik me weer naar het station. Omdat de trein nog al even op zich laat wachten, neem ik een bus terug naar Antibes. Die loopt bomvol. Ik ben getuige van een luidruchtige ruzie tussen een oude meneer en een jonge vrouw van Afrikaanse oorsprong. De man eist van haar een zitplaats op, maar zij weigert. Ik kan alle finesses niet volgen, maar uit flarden concludeer ik dat de man affiniteit heeft met het gedachtengoed van Marie Le Pen. Na heel veel busstops arriveer ik uiteindelijk gelijk met de trein in Antibes. Vanavond een afscheidsdinertje en dan morgen van start.

Op de rode loper 
Filmfestival
Zicht op Cannes
Excalibur

Bericht 3

  • Datum:     Vrijdag 18 mei

Vandaag een dagje toerisme in en rond Antibes met o.m. Chateau Grimaldi met het Musée Picasso, een rondje fietsen rond Cap d’Antibes met zicht op de Quai des milliardaires. Aan die kade liggen – niet toegankelijk voor pottenkijkers – de extreem luxe jachten. Ja, als je hier zo wat rondkachelt, dan kun je je voorstellen dat de rijken der aarde hier graag hun optrekjes kiezen: wuivende palmbomen, zonovergoten stranden en prachtige baaien. Zou er toch iets boven Groningen gaan?

Picasso – La joie de vivre
Antibes – Port Vauban

Bericht 2

  • Datum:     Donderdag 17 mei
  • Traject :    Nice – Antibes
  • Afstand:    25 km.
  • Weer :        20 graden, zonnig
  • Parcours: Vlak; fietspad langs de kust

Naar huis fietsen

In tegenstelling tot de voorgaande fietstochten, fiets ik deze keer naar huis.
Begonnen de ritten naar Santiago, Rome en Praag dus bij mijn voordeur, deze tocht begint met een trein- en vliegreis naar Nice, van waaruit ik fietsend hoop terug te keren naar Emmen. De route zal grotendeels worden bepaald door het reisgidsje ‘De groene weg naar de Middellandse Zee’, een route die globaal genomen de Rhône-vallei volgt.

Een aantal overwegingen heeft mij doen besluiten om deze keer terug te fietsen:
1. Ik ben nieuwsgierig naar het verschil in beleving tussen – fietsend – steeds verder van huis gaan tegenover het (langzaam) naar huis rijden.
2. Je hebt het ‘regel-gedoe’ van vliegen en fietsvervoer aan het begin en kunt daarna wat relaxter en vrijer huiswaarts gaan, want een dagje eerder of later thuis komen, het maakt niet uit. Je hoeft bijvoorbeeld geen geboekt vliegtuig te halen.
3.  Omdat ik grotendeels noordwaarts fiets heb ik de zon voornamelijk in de rug. Dat kijkt volgens mij prettiger en ook het landschap wordt fraaier belicht. Ik ben een echte ‘plaatjesman’.

Een onzekere factor is natuurlijk de wind. Want nog liever dan de zon heb ik natuurlijk de wind mee. Mijn inschatting is dat de overheersende luchtstroming west-oost gericht is. Maar lokale omstandigheden kunnen behoorlijk afwijken. Zo hoop ik niet geplaagd te worden door de ‘gesel’ van het Rhône-dal: de soms dagen achtereen waaiende Mistral, een harde en constante noordenwind richting de Middellandse Zee. Afwachten maar.

Over vandaag

Na een ontbijt in het hotel en het optuigen van de fiets rij ik eerst via een fraai fietspad parallel aan de beroemde Boulevard des Anglais naar Nice. Hotel ‘Negresco’ staat er nog steeds prominent en stralend bij. Maar af en toe zie ik ook militairen lopen met machinegeweren voor de borst. Naar ik aanneem een gevolg van de aanslag destijds met een vrachtwagen die inreed op publiek. In de oude haven met mooie terra-kleurige Venetiaanse gevels vergaap ik me aan de vele extreem luxe jachten die er met de kont naar de kade of steigers liggen afgemeerd.
Dan keer ik om en begin aan het fietstochtje naar Antibes. De route is geen probleem, want het prima en goed gemarkeerde fietspad wijkt bijna niet van de kustlijn. Na een stop bij een Burger King voor een hap en even wat internetten arriveer ik rond twee uur bij mijn mijn zwager en schoonzus, die daar ruim een jaar geleden zijn gaan wonen. Ze hebben een mooi gastenverblijf waar ik een paar nachten gebruik van mag maken.

Fietspad Boulevard des Anglais
Jachthaven van Antibes
De haven van Nice

Bericht 1

  • Datum:       woensdag 16 mei
  • Traject :      Emmen – Nice
  • Afstand :     Vliegend ongeveer 1200 km.
  • Weer :          20 graden, licht bewolkt
  • Parcours:   trein en vliegen

Om 14.42 uur rol ik – achterwaarts reizend – station Emmen-Zuid uit, na te zijn uitgezwaaid door Didi, Carla en een meerennende Marit. Ik laat me meteen verleiden tot het invullen van een reizigers-enquête. Voor het eerst reis ik voorbij Zwolle de Hanzelijn, zodat ik voorbij Lelystad vanuit de ‘badkuip’ uitzicht heb op de veelbesproken Oostvaardersplassen. Het natuurgebied oogt nogal troosteloos: het armetierige graslandschap ligt bezaaid met houtstronken en kuddes herten, runderen en paarden doen hun best om aan de kost te komen. Geen vetpot van sappige groene weilanden, zoals ik die enkele uren later vanuit de lucht zal zien.
Op Schiphol word ik er bij de controle uitgepikt om grondig te worden gefouilleerd omdat mijn bretels (met ijzerdeeltjes) alarm hebben geslagen. Eenmaal voorbij de controle en richting mijn gate neemt de hectiek van de drukke luchthaven snel af en kan ik lekker rustig ruim een uurtje lezen.
De vliegreis met de ‘Peter Pan’ van Transavia verloopt vlekkeloos en om half tien landen we over de Middellandse Zee op de luchthaven van Nice.
In een bomvolle bus ga ik naar de stad. Iedereen moet kennelijk naar het centrum, want als enige moet ik mij halverwege uit de bus wurmen omdat mijn hotel Anis halverwege vliegveld en Centre Ville ligt. Om half elf meld ik mij aan de balie van hotel Anis.
Nu ben ik er wel, maar hoe zit het met mijn fiets? De receptionist bladert in allerlei documenten van bij hun door Soetens afgeleverde fietsen, maar kan niets vinden……Oef. Op mijn voorstel gaan we maar gewoon in de garage kijken en zowaar, daar staat mijn amigo: de Santos en de doos met daarin de gevulde fietstassen. Gerustgesteld kan ik om half twaalf het bed in.

Voorbeschouwing

Mijn fietstocht 2018 wordt een reis naar …….huis!
Op 16 mei vlieg ik naar Nice. Daar hoop ik mijn fiets aan te treffen die door Soetens naar de Rivièra wordt vervoerd. Vanuit Nice fiets ik dan via Antibes naar Emmen, waarbij ik de route ‘De groene weg naar de Middellandse Zee’ in omgekeerde richting ga rijden.

Maandag 7 mei heeft Soetens de fiets opgehaald

Bericht 18 Fietstocht Praag (slot)

  • Datum: dinsdag 12 september
  • Traject: treinreis Dresden – Hannover- Rheine – Meppen

Het orgelconcert gisteravond in de imposante Hofkirche had een aardige overeenkomst met mijn fietstocht. Als een soort regendouche tuimelden de klanken over elkaar heen, waardoor het af en toe op een brei leek. De ongetwijfeld virtuoze organist leek drie handen nodig te hebben om Bach, Vivaldi en Mendelssohn tot hun recht te laten komen. Een overvloed aan noten.
En die overvloed kenmerkt ook mijn fietstocht. Als ik terugblik, zittend in een comfortabele stoel van de IC naar Hannover, Rheine en Meppen, dan vervloeien alle indrukken ook een beetje tot een brei. Een brei van stadjes, overnachtingsadressen, prachtige vergezichten, rivieren, terrassen, gesprekjes en ontmoetingen. Bij het antwoord op de vraag ‘hoe was het’, moet ik (nog steeds) aan de inmiddels overleden Piet Keizer denken, die op die vraag na een Europa-cupwedstrijd antwoordde met: ‘vraag me maar wat’.
Grappig is dan, dat in mijn herinnering eerst wat kleine voorvallen opduiken, zoals de ontmoeting van het excentrieke Britse expaar, de blij verraste scholiere uit Roudnice of de musjes die met mij mee-aten in Dresden. Pas in tweede instantie komen de ‘plaatjes’ voorbij, zoals de prachtige colonnade in Marianske Lazne, het zicht op Praag vanaf de Burcht of een panoramische blik op Dresden.Maar ook de vele momenten van verstilde rust, fietsend door landelijk gebied of langs één van de rivieren blijven me bij. Je kunt dan mooi je gedachten de vrije loop laten…..

18 dagen onderweg geweest, dus laat ik proberen om – net als in voorafgaande reisverslagen – het aantal dagen gebruiken als kapstok voor 18 indrukken, waarbij overeenkomsten met de tochten naar Rome en Santiago natuurlijk onvermijdelijk zijn.

1. Allereerst ben ik blij en dankbaar dat de reis zonder ongelukken,     fietspech of een lekke band is verlopen. Want er zijn momenten en plekken waarbij je denkt: je zult hier maar ………
2. Het weer was uit de kunst! Ik had het niet beter kunnen bestellen. Overall: een vette 9.
3. De gebruikte routes (Emsland, naar Praag en Elbe-Radweg) waren prachtig, al heb ik ze met nogal wat creativiteit gefietst.
4. Mijn Santos heeft z’n naam weer bewezen: met recht een ‘Travelmaster’.
5. Het plaveisel liet nog wel eens wat te wensen over. Vooral asfalt met lapwerk en ruim gelegde kasseien veroorzaakten veel gestuiter. Minpuntje, moet kunnen.
6. Opnieuw heb ik ervaren – het zou mijn ‘Beruf’ kunnen zijn – hoe gemakkelijk mij zo’n fietstocht afgaat. De reden voor een pauze-dag was geen vermoeidheid, maar een mooie stad.
7. De leukste ontmoeting was die met de gymnasiumleerlinge in Roudnice.
8. Het mooiste plaatje dat blijft hangen is de majestueuze colonnade in Marianske Lazne.
9. De muziek heeft me weer mooi over de dooie punten en heuveltjes geholpen.
10. Ook al deden ‘mijn’ Britten het zonder, ik heb weer onvoorstelbaar veel gemak gehad van. de digitale middelen.
11. De grootste schrik overkwam mij, toen ik tot de ontdekking kwam dat ik een voedingskabeltje kwijt was. De reddende engel dook op in Hann. Münden (ook mooi trouwens!).
12. Ook al voelde ik me soms een beetje een voyeur, ik vond het leuk om de sporen van het communistisch verleden vast te leggen, zowel in Tsjechië als in Thüringen en Sachsen.
13. Botel Racek in Praag heb ik als mijn beste overnachtingskeuze ervaren.
14. En wat heb ik een boel lekkere happen gehad! De ‘Grosze Dönerteller mit Pommes und Salat’ in Dresden was geen culinair hoogstandje, maar wel een lekkere en voedzame hap (+Beck!).
15. Spannend moment: doet iemand de voordeur wel open in Cheb? fffffff wachten, Ja!
16. Opnieuw blijkt dat ik voor een traject van 100 kilometer een werkdag van 8 uren nodig heb.
17.Het reizen per trein ‘mit Fahrradmitname’ is in Duitsland laagdrempelig en goed geregeld.
18. Ik kan iedereen, zeker ook e-Bikers, een tocht als deze aanraden.

Tschüs

Hauptbahnhof Dresden
In de IC naar Hannover

Chocoladetrap

 

 

Bericht 17 Fietstocht Praag

  • Datum: maandag 11 september
  • Traject: struinen door Dresden
  • Bijzonder : Broer Bert jarig
  • Weer: niets op aan te merken, dus een 10

Ook al heb ik mijn treinreis geboekt via ‘bahn.de’ en per mail een bevestiging  ontvangen, tòch begin ik mijn Dresden-bezoek bij het Hauptbahnhof, dat op 400 meter lopen van mijn hotel ligt. Het is een monumentale ‘spoorwegtempel’ met veel dynamiek, horeca en winkels. Bij het informatieloket doe ik mijn verhaal. De medewerkster checkt mijn reisschema, maakt op mijn verzoek een print en geeft mij verder nog wat antwoorden op vragen. Allemaal prima en een mooie geruststelling.

Dat het maandagmorgen is, is in de stad totaal niet merkbaar. Nu is Dresden ook niet zo maar een stad. Het bruist, is grootstedelijk en toeristisch zeer aantrekkelijk (‘Elbflorenz’) en het valt niet mee om er nog sporen te signaleren van de DDR-tijd. Daarvoor zul je wel naar de buitenwijken moeten, waar ongetwijfeld massale flatbouw heeft plaatsgevonden. Om toch de DDR-sfeer te proeven bezoek ik museum ‘Die Welt der DDR’. Het is gevestigd in een modern winkelcentrum in de ‘Neustadt’, dat is aan de overkant van de Elbe. En het is nostalgisch genieten van prachtige truttigheid en compleet ingerichte interieurs. Je ziet er mooie exemplaren van auto’s, motoren en andere industriële producten. Producten die vanwege de prijs destijds ook bij ons in het Westen gekocht werden : een Trabant, een Wartburg of een Praktica-camera. Ja, en het kon niet missen: Hier tref ik ook ‘mijn’ Werra-camera! Ongeveer net zo glanzend als destijds in de etalage van mijn fotowinkel staat-ie hier te pronken in een vitrinekast. Ik zou er bijna mijn neus tegenaan willen drukken. De beschermkap zit geschroefd rond het objectief en in een andere vitrine ziet ik datzelfde kapje er voorop geschroefd als een kleine ‘verlengtoeter’. Mijn dag kan niet meer stuk.

Ik loop verder een wandelroute langs de toeristische highlights, maar daarvan zal ik jullie de details besparen. Feit is wel, dat je hier op een klein oppervlak een overweldigende monumentaliteit ervaart: Frauenkirche, Zwinger, Semperopera, Hofkirche, Brülsche Terrasse zijn enkele ’toppers’.

Daarbij valt een kleine bijkomstigheid in het niet: ik drink koffie in een Konditorei, waar ik ook musjes brutaal zie komen binnenvliegen. De serveerster jaagt ze voortdurend weg, maar dat blijkt onbegonnen werk. Ik vind het wel leuk en zet een klein restje van mijn gebakje op een naastgelegen tafeltje. En prompt melden zich enkele mussen als fotomodel.

Met een blik  in de etalages en in sommige winkels stel ik vast, dat je gemakkelijk heel veel geld kunt uitgeven in Dresden. Een kop-en-schotel van Meissener porselein voor 850 Euro of een horloge van ‘Glashütte’ voor 20.000 Euro. In die winkel was het erg rustig. Nee, doe mij voor dat geld maar een nieuwe auto, desnoods een Dacia. Want ik wed dat je daarin ook wel kunt zien hoe laat het is.

Ook maak ik een kleine rondgang door een mega-winkel met alles op het gebied van – zeg maar – survival. Zoiets als Bever-sport bij ons, maar dan tien keer zo groot. Uit nieuwsgierigheid paste ik even een Goretex-regenjas, die in de aanbieding was voor 349 Euro. Toen een gewillige verkoper me aanschoot, zei ik dat ik er nog even over na zou gaan denken. Dat doe ik nu nog steeds.

Nee, ik beperk mijn aankopen tot een ticket voor een avondconcert in de Hofkirche en een leesboek voor in de trein met de uitdagende titel: ‘Alles kein Zufall’. Want ’toeval’ vind ik een intrigerend verschijnsel, waarover de gedachten in alle vrijheid sterk uiteen kunnen lopen. Ook permitteer ik mij de aanschaf van een paar nieuwe sokken, want met de mijne wil je niet meer op één kamer slapen……

Halverwege de middag onderbreek ik mijn stadsbezoek voor een pitstop in mijn hotel, want alles is goed te belopen. Even wat recupereren, al vast wat inpakken en dit bericht maken. Vanavond een mooi slotconcert in dubbele zin.