- Datum: Donderdag 13 juni
- Traject: Bogø By – Güstrow (D)
- Afstan: 100 km plus veerboot Gedser-Rostock
- Weer: Strak blauwe lucht, 25 graden, droog, weinig wind, een 10 !
Vandaag is het logistiek gezien een topdag geworden! Dat verliep zo:
Kleine oversteek met veerboot naar Stubbekøbing op het eiland Falster
Ruim 30 km fietsen naar Nykøbing
Met de bus naar Gedser
De grote oversteek per veerboot naar Rostock
10 km fietsen naar centrum Rostock
Met de trein (S-Bahn) naar Güstrow
Kierkegaard leerde me dus dat begripvol achterwaarts kijken zinvol kan zijn, maar daarna moet de blik weer voorwaarts worden gericht. Let wel: ‘de blik’, want de werkelijke uitvoering van wat je bedenkt moet altijd nog volgen. En dat – ik hoor de echo van mijn (wijlen) oud-collega Wim – natuurlijk onder het voorbehoud van Jacobus.
Voorwaarts leven/denken is trouwens bij dit soort fietstochten een vanzelfsprekendheid. Want je bent voortdurend aan het plannen: route, veerboten, overnachtingen wel of niet reserveren etc.
Gisteren, oftewel achterwaarts, heeft me geleerd dat de realisatie van je reisplannen riskanter wordt als er veerboten in het schema zitten. Want ik had niet verwacht dat de laatste veerboot naar Falster al om 6 uur ging. Vandaar het onverwachte verblijf in Bogø en de annulering van het motel in Nørre Alslev.
En vandaag zit er een ‘echte’ veerboot in het reisplan, dus ik vertrek zonder een vooraf geboekte reservering van een overnachting.
Als ik (fietsend) in Nykøbing aankom, dan zie ik dat ik nog 22 km moet om Gedser te bereiken, waar de veerboot naar Rostock om 13.00 uur zal vertrekken. Dat wordt me te krap, dus na hulp en advies van een geel hesje neem ik – met fiets uiteraard – de bus, die een rijschema heeft dat aansluit op de ferry. En dat loopt (flauw) als een trein. Via een automaat koop ik een ticket – dat overigens nooit wordt gecontroleerd – en parkeer mijn fiets op een imponerend groot schip, temidden van truckers uit vooral Oost-Europese landen.
Aan boord spendeer ik mijn laatste kronen o.m. aan een lekker bord eten voor fietsers: spaghetti!
Daar doet zich ook een luxeprobleem voor: neem ik er een Tuborg bij of een Carlsberg. In vorige reisverslagen meldde ik al dat dit soort ’tweeling-dilemma’s’ veelvuldig voor komen. Ik zal niet uitgebreid in herhaling vallen, maar ik doel op het type Kreidler of Zündapp, Amstel of Heineken.
Op aanraden van een Deen achter mij in de rij wordt het een Tuborg. Want, zo spreekt hij, ‘die is net even wat frisser’. Ik zal het verschil niet gaan merken, maar zijn hogere waardering manifesteert zich ook in een klein prijsverschil: de Tuborg is ietsjes duurder. De kronen moeten toch op. En, ik kan hem aanbevelen!
Op het schip is ook Wifi, dus ik durf het aan om vooruit te plannen en een kamer te reserveren in Güstrow, 50 kilometer onder Rostock. Ja, sterker nog, ik boek ook al vast een hostel in hartje Berlijn. Gelet op de reviews lijkt dat nl. sterk op mijn hostel in Kopenhagen. Laag geprijsd en een fantastische lokatie in ‘Mitte’.
Aangekomen in de haven van Rostock moet ik nog 10 kilometer fietsen om in het centrum van deze prachtige Hanzestad te komen. Het is me daar toch een levendige boel! Ik krijg bijna het gevoel dat ik weer ’thuis’ kom in Duitsland. De taal, de Euro, het prijsniveau, zijn dingen die kennelijk prettig bij mij landen.
Wat ook leuk is bij binnenkomst van deze stad in de voormalige DDR zijn de sporen van hun verleden in de vorm van buitenwijken met enorm veel flats. Dat zijn bouwwerken die ik in Denemarken – even afgezien van Kopenhagen – weinig heb gezien. Ook typisch DDR zijn de complexen met volkstuinen die ik passeer en ook ken uit Emmen (thuisgevoel).
Na een kort bezoek aan de binnenstad van Rostock met veel prachtige gevels en gebouwen neem ik de S-Bahn naar Güstrow waar ik intrek neem in een ‘keurig’ hotel in het centrum. Een echte plusdag!