Bericht 33

33 – Woensdag 18 juni
Traject: Leon – Molinaseca, dichtbij Pontferrada
Afstand: 110 km.
Weer: Zon, wind in de rug, 25 graden , ik doe al weer een 10 !
Muziek: Shuffle

Ik ben op tijd wakker. Dat hoort kennelijk een beetje bij deze tocht. Dus maar opstaan: 6.15 uur. Moeiteloos. Ik heb geen proviand meer, dus ontbijt ik – na vertrek uit de albergue – in Leon aan de rivier: café con leche met een sandwich ham/kaas.
Daarna volgt eerst nog een vlak traject over de Meseta. Onderweg veel akkers met mais die beregend worden. Ook zie ik van die betonnen goten, waarmee water aangevoerd kan worden.
En, heel erg kenmerkend, heel veel ooievaarsnesten. Soms op twee niveaus op zo’n gevelachtige kerktoren. Aan de horizon tekenen zich de bergen af, de ‘omlijsting’ van de Meseta. Ze zijn flink hoog, want ik zie sneeuwresten. Moet ik daar overheen? Ja, via een pas. Mijn profiel voor vandaag toont het ook feilloos: eerst vlak, maar dan een flinke puist.
Bij Hospital de Orbigo passeer ik een ‘plaatje’ in de vorm van een schitterende stenen brug, die trouwens ook de omslag siert van mijn Sweerman reisgids deel 3. Vooral de lengte maakt deze brug fotogeniek.
Dan nog het ook weer fraaie Astorga. Een stad met veel geschiedenis, o.a. uit de tijd van de Romeinen. Vanwege de tijd beperk ik mij tot de kathedraal en het naastgelegen voormalig bisschoppelijk paleis, dat door Gaudí is ontworpen (in Barcelona zijn ze nog veel mooier!).

Na Astorga verandert het landschap overduidelijk: heuvelachtiger, agrarisch veel minder intensief benut, bomen, struiken en veel bloeiende brem en plukken, ook bloeiende, heide. Het voorportaal van het berglandschap, dat zich vooral na Rabanal manifesteert in voor mij hard werken: 7 tot 10 %.
Bovenop de pas (1504 meter) stop ik bij – letterlijk, maar ook op deze tocht – een hoogtepunt: Cruz de Ferro. Op een piramidevormige stenen heuvel staat een hoge paal met een ijzeren kruis. Daaromheen ligt het bezaaid met stenen en allerlei voorwerpen en foto’s. Het is de plek waar de pelgrims symbolisch hun ‘ballast’ achterlaten. Ik werp daar ook mijn uit Emmen meegebrachte steen, al moet ik erkennen, dat ik aan mijn ballast niet veel inhoud kan geven.
Ik maak er wat foto’s o.a. De selfie die vandaag dit verslag vergezelt.
Daarna begint er een prachtige 15 kilometer lange beloning: de afdaling. Die wordt in het begin onderbroken, omdat ik een radeloze Chinese langs de weg tref, die met een vastgelopen ketting zit. Ze maakt SOS-bewegingen.
Hij zit klem tussen frame en het kleinste tandwiel. Dat komt mij bekend voor. En het lijkt ook een beetje op de huilende brugklassers die ik nog wel eens hielp bij zo’n in de achteras vastgedraaide spin of snelbinder. Ik kan dus de reddende engel spelen. Alle bagage van de fiets, fiets op de kop, beetje wrikken en het wiel in tegengestelde richting draaien en gelukkig komt de ketting weer vrij.
Een passerende bus of andere geschikte auto aanhouden, wat speelt in mijn achterhoofd, is dus niet nodig. Op Oosterse wijze word ik bedankt: weinig zichtbare emotie, maar wel hartelijke dankwoorden en een kleine buiging.
Omdat ik nog graag de tweede helft van Nederland-Australië wil zien, neem ik in het eerste, iets voorstellende dorp aan het einde van de afdaling mijn slaapkans. Het wordt een huis waar ze gedeelde slaapkamers hebben. Een soort mini-albergue, die trouwens flink gevuld is. Het is intussen half zeven, dus ik spoed mij na installatie eerst naar ongeveer 5 café’s waar ik steeds hetzelfde hoor:
WK kijken is, uitgezonderd de wedstrijden die Spanje speelt, betaal-tv. Dus, nada, niks Nederland-Australië. Om 9 uur ben ik welkom voor Spanje-Chili. Dus terug naar mijn slaapadres. Douchen, bed opmaken en dan weer naar het dorp voor eten en voetbal. Leuk restaurant, gezellige Spaanse sfeer, maar …..jullie kennen de afloop voor Spanje. Helaas mogen ze nog niet naar huis. Ik wel. Pit ze.

20140618-233606-84966138.jpg