Ronde van Nederland

Bericht 14

  • Datum: woensdag 8 september
  • Traject: Ezinge – Emmen
  • Afstand: 90 km
  • Weer: opnieuw een 10

Ooit kennis gemaakt met de ‘horecabuzzer’ ? Voor mij was dit (gisteren) een nieuw fenomeen. In Zoutkamp bestelde ik in een grote viszaak met eveneens een groot buitenterras bier en vis. Ik kreeg een dienblad mee waarop mijn bier stond, maar ook een op een vliegende schotel lijkend stuk elektronica ter grootte van een gevulde koek. Nadat ik zo’n 5 minuten op het terras had gezeten begonnen er plotseling allerlei ledjes te branden en klonken er piepgeluiden. Dit was het signaal dat mijn bestelling aan de bar was af te halen. En het klopte feilloos. Bij de Mac doen ze zoiets met TV-schermen waarop nummers oplichten, terwijl de patatbakker in Stavoren regelmatig met stemverheffing kreten over het terras brulde als : ‘Twee patatjes oorlog’ !!

Mijn gastgevers vertellen me tijdens het ontbijt onder meer dat ze hebben besloten om weer te stoppen met het zijn van een gastadres van ‘Vrienden op de fiets’. Ze vinden het uiteindelijk toch een te grote inbreuk op hun privédomein. Ik kan me er iets bij voorstellen. In mijn boekje met gastadressen hebben sommige accomodaties een plusje. In die gevallen heeft de gast een eigen ingang en, denk ik, een eigen douche en toilet. Op die manier is er een scheiding tussen het privédomein en het gastenverblijf. Voor beide partijen vermoedelijk het meest ideaal. Ikzelf heb zulke adressen niet gehad, omdat ze al bezet bleken. Je zult ze dus langer van tevoren moeten reserveren.

Waar de Friezen het over ‘terpen’ hebben, spreken de Groningers over ‘wierden’. Ezinge is als wierdedorp bekend geworden door de afgravingen van professor van Giffen. Daar heeft dit dorp ook het Wierdenmuseum aan te danken, waar mijn gastvrouw vrijwilligster is. Maar daar (het museum) neem ik nu even geen tijd voor. Ik slinger weer over mooie fietspaden door de weilanden (hier wel) richting Groningen of ook wel ‘noar stad’. Want, zo heb ik bedacht, als ik dwars door Amsterdam fiets, dan moet ik toch ook dwars door Groningen. De stad die natuurlijk nostalgische gevoelens bij mij oproept, want ik had er bijvoorbeeld de oersaaie colleges geologie van W.F.Hermans en at er de boerenkool met goulash in de mensa. Ook was er mijn eenzame hospita aan de Star Numanstraat die me regelmatig op de borrel vroeg. Als de jonge jenever me teveel werd schonk ik het gedeeltelijk uit in de hoogpolige vloerbedekking. Zo kon ik hem bijhouden. Sorry, ik vrees dat ik in herhaling val van berichten uit voorgaande jaren. 

Overbodig om te melden wellicht, maar zeker een bezoekje waard is het nieuwe Forum. Een schitterend multifunctioneel gebouw met een mooi dakterras.

Langs het academiegebouw (fietsen, fietsen, fietsen), over de Grote Markt en door de Gelkingestraat en langs de Hereweg fiets ik door het sjieke Haren en Glimmen met z’n prachtige villa’s naar Vries, het dorp waar ik jarenlang in een dienstwoning naast het politiebureau heb gewoond (‘Tuut Bosch’).

Samen met een jeugdvriend, met wie ik heb afgesproken, fietsen we naar Schipborg, waar we aan de Drentse A genieten van klinken en drinken en happen na trappen, oftewel bier en kroketten met brood. Uiteraard halen we veel jeugdherinneringen op en wisselen de familieverhalen uit.

Via het schilderachtige Anloo, het Nije Hemelriek, Borger en Exloo arriveer ik om 6 uur aan de Mantingerbrink in Emmen, waarmee er een eind komt aan een schitterende en gevarieerde tocht door ons land. Veertien dagen achtereen 100 kilometer per dag maakt samen 1400 kilometer. Ik kan het iedereen aanraden, ook al doe je het in een ander tempo en ….met een Boschmotor in het midden. Ajuus.

        De wierde van Ezinge
       Het Forum in Groningen

Bericht 13

  • Datum: dinsdag 7 september 2012
  • Traject: Bolsward – Ezinge
  • Afstand: 110 km
  • Weer: een 10 !

Waar een praatje onderweg al niet toe kan leiden. Soms, zoals de Vlamingen zeggen ‘sla je onderweg een babbeltje’ en is er sprake van een ‘klik’ waardoor je ergens aan wordt herinnerd. Vandaag twee van die ‘klikken’. Maar eerst even een aanloop.

In mijn jeugd heb ik van alles gespaard: sigarenbandjes, suikerzakjes, speldjes, postzegels, maar ook afbeeldingen van vliegtuigen en schepen. Voor dat laatste schreef ik af en toe rederijen en vliegtuigfabrieken aan met de vraag of ze mij foto’s van hun producten wilden sturen. Ook naar de firma Wijsmuller, bekend om zijn zeesleepboten.

Op mijn tweede fietstocht naar Santiago maakte ik in Baskenland kennis met de ‘pelote’, een soort softbal die daar gebruikt wordt in een variant van het kaatsen. In dit geval gebruikte de herbergier van de albergue deze bal voor een rondje kennismaken. In een kring werd de bal steeds naar een willekeurig gekozen andere persoon gegooid en degene die hem ving moest dan iets over zichzelf vertellen (zie bericht 62 reisverslag Santiago).

En dan nu vandaag. Op een zeker moment fiets ik het Friese Easterlittens binnen en zie op het marktplein een groot bord met daarop de winnaars uit het verleden van een Belgische variant van het kaatsspel, namelijk ‘Jeu de pelote’. Nieuwsgierig geworden schiet ik een man op leeftijd aan die aan het wieden is. Na mijn vraag naar dit spel krijg ik een uitgebreid verhaal van hem hoe dat spel jaarlijks hier gespeeld wordt. Het vindt plaats op het plein pal voor het café binnen daarvoor op de stenen aangebrachte lijnen. 
Die lijnen waren me niet opgevallen, maar na afloop heb ik ze gefotografeerd.
Praatgraag krijg ik ook van hem te horen dat hij machinist is geweest op de sleepboten van …..jawel, de firma Wijsmuller. Als ik hem vertel dat ik daar als kind de plaatjes van verzamelde, kan het natuurlijk helemaal niet meer stuk. Helaas heeft hij vanwege een beenbreuk vroegtijdig afscheid moeten nemen van dit beroep en werd hij aan de wal machinist bij Friesland Campina. Ruim een kwartier later fiets ik weer verder. Dit was Easterlittens (‘niet op z’n Engels uitspreken’).

Ik passeer prachtige authentieke dorpjes, mooie watertjes met bootjes en fiets door een landschap, waar de veeteelt overheerst, want waar Groningen vooral van de paarden (Ome Loeks) en de akkers is, is Friesland de provincie van ‘Us mem’. De plaatsnaamborden zijn allemaal tweetalig. Ljouwert kom ik binnen met een aquaduct genoemd naar de beroemde Margaretha Zelle, beter bekend als Mata Hari en geboren in Leeuwarden.
In de buurt van Giekerk passeer ik de ‘Tegeltjesbrug’ waar in het blauw 7000 elfstedenrijders staan afgebeeld op tegels van Makkumer aardewerk. 
Vlak voor Dokkum krijg ik mijn derde lekke band, die ik nu zelf repareer. In Dokkum aangekomen laat ik bij een fietsenmaker nog wel wat barren bijpompen, want die krijg ik er met mijn minipompje niet in. Ook Dokkum is weer zo’n monumentaal en sfeervol stadje met veel goed gevulde terrassen. Ikzelf zorg ook voor wat vulling.
In Zoutkamp eet ik vis aan de haven en fiets daarna door naar het beroemde wierdedorp Ezinge, waar ik tegen achten arriveer bij een gastadres. Intussen ben ik een beetje overgestapt naar een aankomsttijdstip tussen zeven en acht in plaats van rond vijven.
Eerst onderweg eten en dan aankomen bevalt me beter, want dan heb je overdag meer speling en hoef je na aankomst de deur niet meer uit. Zodoende zie ik deze avond met mijn gastheer Nederland over Turkije heen walsen. Opsteker voor Louis van Gaal.

Groen, groener, groenst
Tegeltjesmonument van de Elfstedentocht

Bericht 12

  • Datum: maandag 6 september
  • Traject: Hoorn – Bolsward
  • Afstand: 65 km fietsen en 25 km varen
  • Weer: perfect

Ik kan me heel goed de fietser voorstellen die de anonimiteit en ‘zakelijkheid’ van een B&B of hotel – maar dan meestal een ‘hotelletje’ – verkiest boven de mogelijk ‘verplichtingen’ van een verblijf bij een vriend op de fiets. Maar daar staat natuurlijk tegenover dat je dan contacten misloopt met heel veel aardige en verschillende mensen, die meestal fiets-minded zijn en soms veel fietsverhalen kunnen vertellen. Mijn ervaringen met de vrienden zijn tot dusver erg positief.
Zo ook de afgelopen avond en nacht. Ik verbleef op een met zeer veel zorg en aandacht ingerichte zolderverdieping van een rijtjeshuis. De gastvrouw vertelde mij dat ze bij de indeling was uitgegaan van de principes van Feng shui. Wie het interessant vindt moet dat maar even googelen. Vooral de plaatsing van het bed en symmetrie zijn belangrijk.

Mijn gastvrouw heeft aan huis een praktijk voor voetreflextherapie. Daarnaast studeert ze ter verbreding ook voor acupunctuur en Chinese kruiden.  En door de corona (praktijk stil) kookt ze maaltijden op bestelling. Ook bijzonder is haar passie voor diepzeeduiken, waarvoor ze met regelmaat afreist naar Egypte, waar haar vriend duikinstructeur is. Aan gespreksstof dus geen gebrek en aan alles merk je dat ze het haar gasten graag naar de zin maakt. Het ontbijt dat ze ’s ochtends klaar heeft staan is ook weer met zorg en aandacht samengesteld en ….neergezet. In haar manier van denken is geen plek voor het toeval, zo blijkt uit haar reacties op mijn verhalen over ’toevallige’ ontmoetingen.
Ze geeft me een visitekaartje mee, dus ik hoef niet geheimzinnig te doen: 
www.praktijk-jong.nl

‘Over een dijk fietsen’ houdt nog wel eens in dat  je aan landzijde onderlangs de dijk fietst en dus niet veel ziet. Gelukkig is dat niet het geval tussen Hoorn en Enkhuizen, want ik fiets er vorstelijk op de dijk. Met rechts dus de blik op het Markermeer. Ik heb gekozen voor de veerboot Enkhuizen – Stavoren voor de overtocht naar Friesland. Het herinnert mij aan de (ingelaste) overtocht die ik destijds via het Gardameer en op weg naar Rome maakte. Allebei in hun soort en omgeving prachtig en relaxed. Aan een tafel met een blonde Affligem en een gevulde koek doe ik wat bel- en schrijfwerk.
Ik spreek ook een kwieke dame die haar Santos in tweede instantie voor 1800 Euro heeft uitgebreid met een motor en accu. 
Ah, dat is een mooi bruggetje naar een rijmpje:

monter, opgewekt en blij
zoeven de oudjes mij voorbij
de batterijen volgeladen
dit zijn de vorsten van de paden
soms vragen ze bij een stop
waar ik mijn motor toch verstop
nee mevrouw
ik doe ’t nog graag op eigen krachten
zo’n ‘power-Bosch’
die kan nog wachten
met onbeperkt bereik  voel ik me vrij
ik ben mijn eigen batterij

Ook aan de overkant wachten mij weer schilderachtige stadjes en andere ‘plaatjes’. Ik kan er niet genoeg van krijgen. Stavoren, Hindeloopen, Workum, maar ook Molkwerum of Allingawier en bestemming Bolsward. Heel veel ansichtkaarten. Deels ook herinneringen aan een fanatieke windsurfperiode, waarin ik vaak met broer, zwagers en vrienden naar de Holle Poarte bij Makkum trok. Daar waren de omstandigheden ideaal, o.m. vanwege de hoge golven en de vaak aanlandige ZW-wind.

In Bolsward eerst naar ‘Hong Kong’ en daarna naar een gastadres. Weer totaal iets anders. Bijna schuw opent de gastheer de voordeur en vertelt mij op veilige afstand dat er een uitgeschreven instructie voor mij in de garage ligt, want ‘vanwege corona willen wij de contacten met onze gasten tot een minimum beperken’. Zo zie je maar weer, ook bij vrienden op de fiets kun je bijna anoniem logeren.

Op naar Friesland
Vrouwtje van Stavoren

Bericht 11

  • Datum: Zondag 5 september
  • Traject: Voorhout – Hoorn
  • Afstand: 120 km
  • Weer: hele dag zon en 21 graden

In een prachtig huis heb ik deze nacht een riante zolderverdieping tot mijn beschikking. Deze zou de proef voor een ‘vrienden-op-de-fietsaccomodatie’ vlekkeloos kunnen doorstaan. Een koninklijk bed, een zitje en een schrijftafel. Klasse.

Zoals intussen gebruikelijk ga ik om 9 uur op pad. Vanwege de Formule 1 op Zandvoort besluit ik om mijn fietsroute aan te passen en met een ruime boog om dit evenement te rijden, want er zijn heel veel blokkades aangekondigd. Ach, dan kan ik net zo goed via Amsterdam gaan. 
Fiets even mee: Sassenheim, Aalsmeer, Schiphol-Oost, Amsterdamse Bos, de Zuidas, Rivierenbuurt, Vondelpark, Museumplein, IJ-veer naar NDSM, Ransdorp, Monnickendam, Volendam, Edam, Hoorn. Compleet anders dan de route uit mijn gids, maar daar zat ook wel heel veel kustroute in. Mijn route laat nog weer heel andere elementen zien zoals Amsterdam of het daarboven gelegen Waterland.
In Amsterdam stuit ik op een hele grote demonstratie tegen de coronamaatregelen. Een lange optocht waar je niet doorheen breekt, dus eerst maar een vaasje.
Via een tunnel kom ik aan de achterkant van het Centraal Station en neem de gratis veerboot naar Het NDSM-terrein. In Noord gebeurt het tegenwoordig: riante appartementen aan het IJ, heel veel hippe horecabedrijven en ook veel culturele evenementen en hergebruik van oude havengebouwen. Een aanrader als startplek voor een dagje Amsterdam, want de veerboot zet je heel vlot en gratis over.

Een leuk momentje: net voor 15.00 uur stap ik een buurtcafé binnen in de van der Pekbuurt in de hoop dat er een TV aan staat, zodat ik even de start op Zandvoort kan zien. Raak! Achter een grote tafel met bierglazen een borrelhapjes zitten vier mannen pal voor een reusachtig scherm. Of ik ook even mee mag kijken. En op z’n Amsterdams klinkt: ‘Tuurlijk meneer, kom erbij zitten’. Er wordt een stoel bijgeschoven, ik krijg hapjes, bestel bier en zo genieten we van een droomstart van Max Verstappen. 
Na 15 (van de 72) ronden houd ik het voor gezien en neem luidruchtig afscheid. Mooj.

Ik doe onderweg diverse pogingen om in Hoorn een bed te boeken. Uiteindelijk lukt het weer. Alleen kan ik pas vanaf 21.30 bij haar terecht. Ik maak er geen probleem van. Alles lekker rustig aan en in Monnickendam lekkere Fish&Chips gegeten.
Om 21.40  beschik ik aan de Galerij in Hoorn weer over een mooie zolder.

    Museumplein Amsterdam
        Romantisch Ransdorp

Bericht 10

  • Datum: zaterdag 4 september
  • Traject: Hellevoetsluis – Voorhout
  • Afstand: 100 km
  • Weer: super! Veel zon en een verfrissend tegenwindje.

‘Mocht u wat vergeten om mee te nemen, dan is dat niet erg, want….ik kom volgende week toch in Emmen’, aldus mijn gastvrouw. En zo duikt Emmen deze tocht opnieuw spontaan op. 

Ik neem eerst nog even een kijkje in de vestingstad Hellevoetsluis. Vanwege een niet op zaterdag varend veer naar Hoek van Holland pas ik mijn route aan en fiets via Brielle, een bekende stad (Den Briel) uit de geschiedenisboekjes. Vanaf Rozenburg neem ik de pont naar Maassluis. Al weer zo’n sfeervol stadje dat vooral bekend werd door de boeken van Maarten ‘t Hart, schrijver, bioloog maar ook een groot Bach-kenner. Hij bespeelde ook vaak het Garrels- orgel van de Hervormde kerk, hoewel hij zelf gereformeerd was. Nee, niet Bach maar Maarten.

Ik doe veel belpogingen rond Haarlem, maar dat lijkt vanwege de Formule 1 op Zandvoort kansloos. Wat één zo’n mannetje al niet teweeg kan brengen. Gelukkig scoor ik een bed bij een familielid in Voorhout. 

Aan de overkant volg ik – even wind mee – de Nieuwe Waterweg en dat is volop genieten en dynamisch: Enorme schepen met containers, gestapeld als Legostenen,  6baks duwcombinaties, industriecomplexen, maar ook de imposante Maeslandkering. Die bestaat uit twee grote ‘geparkeerde’ armen, die de Waterweg indien nodig kunnen afsluiten. 
Vanaf Hoek van Holland volg ik weer de Kustroute, o.m. langs Monster, Kijkduin, Scheveningen en Katwijk. Prachtig, maar erg druk, vooral rond de vele strandopgangen. 

Na een hap in Katwijk en het kopen van een flesje wijn voor mijn gastvrije familieleden arriveer ik iets over acht in Voorhout. Na de recuperatie hebben we een genoegelijke avond met veel familieherinneringen.

Selfie
Het Garrels-orgel van Maassluis (Maarten t’Hart)

Bericht 9

  • Datum: vrijdag 3 september
  • Traject: Biggekerke – Hellevoetsluis 
  • Afstand: 110 km
  • Weer: heerlijke temperatuur, zonnig , maar wind tegen

En weer valt me iets bijzonders toe: ik blijk te logeren bij een broer van Eimert Vink uit de Bargeres (Emmen). En Eimert is een goede bekende van mij. Broer Jan uit Biggekerke is leerplichtambtenaar, maar ook een gedreven fietser. Hij vertelt me enthousiast over fietservaringen o.m. in Kirgizië, Georgië en Cuba, maar ook ‘dichterbij’ naar Engeland, Polen, Praag en Santiago de Compostela. Hij deed dat vaak in georganiseerd reisverband. 

Om 9 uur verlaat ik Biggekerke en fiets naar Zoutelande, de Nederlandse Rivièra. Dit laatste vanwege het op het Zuiden gerichte strand. Dat is uniek voor ons land. In het dorp is het levendig, maar in de loop van de dag zal de drukte toenemen, zoals ik dat meemaak in Domburg of Burgh-Haamstede. Door het fraaie weer is het vandaag in dit populaire stuk Nederland heel erg druk: fietsers, wandelaars, strandbezoekers en gemotoriseerd verkeer. Veel terrassen zitten weer ouderwets vol. Mondkapjes zie ik sporadisch. Uiteraard hoor ik heel veel Duits.

In Domburg bezoek ik even de golfbaan, die schitterend in de duinen is aangelegd. Ik vraag de gastheer of ze ook balletjes met logo verkopen, maar nee, die zijn in bestelling. Hij raadt me aan om even te gaan kijken op de hooggelegen afslag van hole 1, waar je zowel de baan als de zee kunt zien. Dat volg ik op en het is inderdaad alsof je op de Kennemer bent. Wel krijg ik nogal wat bedenkelijke blikken toegeworpen, ik neem aan vanwege mijn outfit die nou niet bepaald voldoet aan de etiquette. Het lijkt me inderdaad geen laagdrempelige club. Misschien heeft Piet Mondriaan er ook nog wel gegolfd.

Je zou het ieder kind toewensen: tijdens je middelbare schooltijd dagelijks 12 km heen en 12 km terug moeten fietsen naar en vanaf school. Ik kan het weten: Assen – Vries. Volgens mij levert het fietsbenen op waar je de rest van je leven van kunt profiteren. Ik ervaar dat tenminste zo, vooral nu ik vandaag tegenwind heb. Dat brengt mijn koerssnelheid op rechte en vlakke stukken, zoals bijvoorbeeld op de Brouwersdam terug van de reguliere 20 naar 14 km per uur. De route volgt vandaag grotendeels de bestaande kustroute door de duinen, waardoor het veel up en down gaat.

In Vrouwenpolder bezoek ik mijn nicht, die daar met haar man een druk bedrijf runt: een combinatie van fruitteelt, camping en een ‘Landwinkel’. De ontvangst is allerhartelijkst. We wisselen familieverhalen uit en ik krijg een korte rondleiding. Daarbij zie ik dat ze ook drie schitterende appartementen in een fraai en modern gebouw verhuren. Aanbevolen!
Na koffie met gebak en wat proviand voor onderweg nemen we afscheid.

Het is echt aardrijkskunde vandaag, want ik passer veel onderdelen van de Deltawerken:
De Veersegat-dam, de stormvloedkering in de Oosterschelde, de Brouwersdam en de dam met uitwateringssluizen in het Haringvliet. Imponerend, ook dankzij de zon die deze elementen prachtig verlicht. 
Op een gegeven moment word ik naar de kant van de weg gedirigeerd, omdat er een speciaal transport voorbij komt. Het is een gigantische uitgerekte vrachtwagencombinatie die een rotorblad van een windturbine vervoert. Het achterste deel van deze auto heeft aparte besturing, waardoor de krappe bocht toch kan worden genomen, mede dankzij ijzeren rijplaten die vooraf in de bermen zijn gelegd. 

Door mijn bezoek in Vrouwenpolder en door de tegenwind arriveer ik pas om half negen op mijn adres in het verrassend grote Hellevoetsluis. Uit voorzorg heb ik een koude hap gekocht in een supermarkt die ik nu tussen de regels door verorber met een miniflesje wijn. Beetje sneu decor, maar vooruit. Trouwens: Morgen ook weer vooruit.

De Stormvloedkering in de Oosterschelde
Er kwam een molenwiek voorbij

Bericht 8

  • Datum: donderdag 2 september 2021
  • Traject: Bergen op Zoom – Biggekerke
  • Afstand: 98 km.
  • Weer: bewolking maar ook zon; oostenwind!

Ik ben er van overtuigd dat mijn gastvrouw een eigen bijdrage levert aan de veelkleurigheid van de gastadressen. Ze is een gepensioneerde vroedvrouw en heeft een alternatieve inslag. Aan haar kleding, meubilair, de boekenkast en het ontbijt is dat te merken. Groene thee, geen vleeswaren, maar wel andere potjes met producten van Ekoplaza. Ik mag ook een lunchpakket meenemen. Dan een hartelijk afscheid, nog net geen ‘buen camino’.

Buiten op een bankje probeer ik een slaapadres in Middelburg te boeken, maar 4 pogingen leveren niets op. Mijn tweede poging in Biggekerke is raak. Later en onderweg belt de dame van mijn eerste poging me dat ze vanwege een annulering tòch plek heeft. Heel attent, maar ja, ik ben intussen voorzien.

Nog even een blik op het mooie centrum van Bergen op Zoom en vervolgens zak ik af naar Zuid-Beveland. Landschappelijk een heel ander verhaal dan Brabant. Open, waterrijk en het waait er altijd. Nu moet ik zeggen dat Aeolus me welgezind is, want blies hij me de eerste dagen naar het zuiden,  nu trekken we oostwaarts weer samen op! De grote draaiende windturbines die ik recht in het gezicht kijk zijn het bewijs. 
De vruchtbare Zeeuwse klei maakt dat het akkerland overheerst. Ook zie ik veel fruitteelt, met name appels. Bij een fruitstal zie ik dat ze plukkers vragen in september.
De route gaat voornamelijk langs de (open) Westerschelde, zowel binnen- als buitendijks. In de dorpen merk je ook dat hier de protestanten domineren. In Zeeland begint immers de Bible Belt. 
’s Middags breekt de zon door. Ik passeer een tandemstel met een gebroken ketting. Met bewondering zie ik de hem de ketting repareren. Moet ik misschien ook nog eens leren, want ‘zo moeilijk is het niet’, zegt hij.
In Middelburg bel ik nog een daar wonende oud-collega voor een kort bezoekje, maar ze is nog druk aan het werk op school. Dus het blijft bij een telefonische babbel.
Eten doe ik bij een wokchinees en daarna fiets ik naar Biggekerke, waar al weer een vriend op (of beter ‘van’) de fiets me inkwartiert. Ik slaap er op zolder.

Soms in een flat. B op Zoom
Nu maar een muziekje? Bløf?

Bericht 7

  • Datum: woensdag 1 september 2021
  • Traject: Oorschot – Bergen op Zoom
  • Afstand: 115 km
  • Weer: Bewolkt, droog, weinig wind

Blijkbaar heb ik mijn ‘gastgevers’ geraakt met mijn lof over de paarsgetinte
Stabrechtse Heide, want we vertrekken gelijktijdig: zij naar de heide en ik westwaarts. Het is aangenaam fietsweer: droog en niet te warm, maar ook niet te koud. Het fietsjasje kan gewoon aan. 

Het is opmerkelijk hoe tijdens dit soort fietstochten vaak weer dezelfde gedachten opduiken. 
Zo is daar het bekende geografen-adagium ‘hetzelfde is overal anders’. Zelfs binnen Nederland is het leuk om regionale kenmerken zoals bouwstijl, landschap of agrarisch grondgebruik waar te nemen en te benoemen. Het Brabantse zandlandschap lijkt wat agrarisch grondgebruik betreft veel op het Drents plateau: een mix van akkers en weilanden. Wel zie je hier veel vaker de invloed van grote steden, bijvoorbeeld luxe forenzendorpen zoals Mierlo of Ulvenhout met prachtige villa’s. Ook landgoederen met fraaie beukenbossen komen voorbij. Oude boerderijen zijn vaak van het type ‘langgevel’.
Onderweg kijk ik heel kort even in twee reebruine ogen. Met sierlijke sprongen maakt hij zich snel uit de ranke voeten.
Ik maak een omweg om Baarle Nassau en Baarle Hertog te bezoeken. Een apart boek waard! Hier bepaalt je voordeur of je on België woont of in Nederland. Lastig dus als de grens midden door je voordeur loopt!

Als ik De Baarles verlaat slaat het toeval toe. Of is het ‘bestiering’. Ook zo’n weerkerende vraag. Ik raak aan de praat met een stel dat ik samen op de foto zet. En wat blijkt: zij komt uit Emmen! Ze is een Langeveld, heeft aan de Borgerbrink gewoond en op de Mavo Emmalaan gezeten. Maar nog mooier: ze woont nu in Vries! Laat ik daar nou ook hebben gewoond, dus binnen de kortste keren komen Lammert Doornbos, Bert Numan en Jan Speelman voorbij. Heel bijzonder. Zo bijzonder dat ik vergeet om te vragen hoe hij heet.

De meeste mensen deugen, maar zijn ook vriendelijk. Begroetingen onderweg zijn er in allerlei vormen: een knikje, een opgestoken hand of een ‘moi’. Hoe meer de fietser van mijn soort is (bepakt), hoe uitbundiger de groet of gezichtsuitdrukking, zo van :’wat zijn we toch bofkonten’. Klopt.

Om half acht arriveer ik in Bergen op Zoom bij, in dit geval, een vriendin op de fiets. Ze heeft ruimte voor één gast en woont in een flat op de begane grond. Ik zie veel sporen van een Antroposofische belangstelling. Het is  een hele expressieve en creatieve vrouw van 80 jaar met veel fietservaring, o.a. Santiago, Zuid-Afrika en Noord-India.
Dus eerst een geanimeerde kennismaking. 
Hier heb ik geen ‘eigen domein’, maar gewoon een kamertje in haar flat. Weer heel anders, maar ook prima. De fiets mag ik naast haar piano parkeren. Onder haar pianospel maak ik dit bericht. Gute Nacht.

De grens loopt door de deur
Mijn middaghap

Bericht 6

  • Datum: dinsdag 31 augustus 2021
  • Traject: Heel – Oirschot
  • Afstand: 105 km.
  • Weer: bewolking en zon, geen regen, zwak windje uit het Noorden

Direct achter mijn logeeradres ligt een groot en in een laagte gelegen waterreservoir, waardoor er een riant uitzicht is. De vrouw des huizes vertelt tijdens het ontbijt dat haar man daarvan de veroorzaker is. Hij was namelijk in zijn werkzame leven uitvoerder bij een bedrijf dat uitgravingen deed voor kanalen, recreatieplassen, zand- en grindwinning. Een bezigheid die deze omgeving heeft veranderd in een waterportgebied van grote omvang. Ze vertelt uitgebreid over haar verleden en gezin. Zo gaat haar zoon deze week de Mont Ventoux beklimmen in het kader van een kanker-sponsor-actie. Een kleinzoon voetbalt bij een Italiaanse profclub. Ook krijg ik een indruk van het dorpsleven in Heel, zoals sport, verenigingsleven en kerk. Als ik vraag naar hun eigen kerkelijke betrokkenheid (RK) vertelt ze dat dat vooral voor de oudere garde is. Zelf is ze 76. Het herinnert mij aan mijn vader die – toen 82 – een keer zei dat een bepaalde zondag hem niet paste, want ‘dan moet ik oudjes rijden’. En….nu rij ikzelf als een bijna-oudje!

Om 9 uur verlaat ik Heel en fiets een waterrijk gebied in met veel op recreatie gerichte inrichting, zoals jachthavens, campings, strandjes en een evenemententerrein. Bij het kasteel van Grathem beloont de kasteelheer mijn nieuwsgierigheid door mij uitgebreid te vertellen hoe hij het 17e eeuwse kasteel bewoont. De vroegere stallen zijn omgebouwd tot appartementen, waardoor het enigszins een woongemeenschap is geworden.
De eigenaar heeft zijn sporen (en geld) verdiend in, hoe kan het ook anders, de IT.

De route vandaag brengt mij via Nederweert, de Groote Peel, de Stabrechtse Heide naar Eindhoven. Een mooi contrast: de schitterende natuur van de paarsgekleurde Stabrechtse Heide en even later Big Tech City Eindhoven. Daar zie ik in de aanloop honderden witte DAF-trucks in het gelid staan en ook kom ik langs het DAF-museum. Onderweg bel ik naar een adres in Oirschot. Als ik zeg dat ik alleen fiets is er een lichte aarzeling, maar met een ‘vooruit maar’ ben ik welkom. Solofietsers zijn begrijpelijkerwijs minder aantrekkelijk, zo had ik ook al eerder ervaren bij belpogingen.

Opmerkelijk is dat ik nog geen muziek op het hoofd heb gehad. Dat is een goed teken, want de behoefte eraan is gekoppeld aan taaie momenten, zoals harde tegenwind, hellingen of een desolaat landschap. Allemaal zaken die me in ons dichtbevolkte land nog niet zijn overkomen. Er is veel afwisseling.
Agrarisch is er een mix van grasland en akkerland, m.n. mais. Dat laatste zal dan wel weer samenhangen met de enorme veehouderijbedrijven die je ziet en …ook vaak ruikt, ook al gaat de stront via injectie meestal onder de grond.
De horecastops zijn vandaag in Nederweert (koffie), Eindhoven en Oirschot. In laatstgenoemde plaats ga ik meteen eten bij een Italiaan, want ik kan pas na zevenen terecht op mijn gastadres, dat bovendien 5 km. buiten Oirschot ligt. Leuk dorp trouwens met een heel gezellig en monumentaal centrum.
Na aankomst eerst kennismaken met koffie en daarna naar boven, want ik moet dit stukkie nog schrijven plus een condoleancekaart voor mijn vandaag begraven oom Herman, de jongste Bosch uit het gezin van mijn vader. Hij is 83 geworden.

Mijn slaapadres in Heel
Dafjes in Eindhoven. Welke kleur wilt u?

Bericht 5

  • Datum:  Maandag 30 augustus 2021
  • Traject: Boxmeer – Heel (L)
  • Afstand: 105 km.
  • Weer: prima; overwegend bewolkt, geen regen , Noordenwind

Het slaapadres was riant. Een ruime kamer met zitgroep en tv op een bovenverdieping van een vrijstaande semi-bungalow. En verder geen gasten, dus bad en wc voor mij alleen. 
(‘De kinderen zijn de deur uit. De bovenverdieping staat leeg, dus ….’)

Nog even over die lekke band van zaterdag. De man die mij te hulp was geschoten en met wie ik het over mijn tocht naar Santiago had vroeg mij of ik ook ‘als een ander mens’ was teruggekomen. ‘Niet echt’ was mijn eerste reactie. Alhoewel…
En vervolgens vertelde ik hem een ervaring c.q. ‘les’ waar deze man zelf het bewijs van was: namelijk dat als je onderweg in de problemen komt er in allerlei gedaanten heel vaak ‘engelen’ opduiken. Anders gezegd en geschreven door Bregman: ‘de meeste mensen deugen’.
Natuurlijk is dit alles geen garantie. Je hebt maar een paar deugnieten nodig die het voor een grote groep kunnen bederven. Daar zijn legio voorbeelden van. Maar al met al zou mijn motto kunnen zijn: ga waakzaam maar vertrouwensvol op pad. 
(Dus toch maar regelmatig de fiets op slot, inclusief de aanvullende kabel.)

Tijdens het ontbijt bel ik enkele gastadressen in Roermond, maar ze zijn allemaal bezet! Dan eerst maar (daar heb je het al) vertrouwensvol op pad. Vandaag wordt een ‘pontjesdag’: 5 keer wissel ik van Maasoever, vaak met een voet/fietsveer. Kost meestal rond één Euro. Ik neem aan dat je door oeverwisselingen het mooiste van het Maasdal krijgt te zien.
Routeplaatsen zijn o.a. Arcen, Venlo, Baarlo, Kessel en Roermond..

Zoals Drenthe zijn houtwallen heeft en Zuid-Limburg zijn graften, zo kom ik na mijn overnachtingsplaats Boxmeer al snel in het zogeheten ‘Maasheggenlandschap’. De weilanden worden omzoomd door dichte heggen, vaak meidoornstruiken. Ze hebben meerdere functies, maar daar ga ik niet over uitwijden.
De Maas domineert vandaag het uitzicht en op veel plekken is te zien dat de rivier extra ruimte heeft gekregen om in tijden van hoog water de afvoer te kunnen reguleren. De fietsroute langs de Maas, maar ook door de Maasduinen blijkt erg populair: veel fietsers. Onder hen ook weer het echtpaar dat ik al eerder trof. Een leuk en ook hulpvaardig stel. Zo wil hij me wel helpen als blijkt dat ik al weer een lekke band heb, maar nu achter. Maar omdat de band langzaam leegloopt haal ik met wat tussentijds bijpompen een fietsenmaker in Velden, die bij wijze van pitstop voor mij de bandenwissel doet. Al met al verlies ik wat tijd, want het gaat natuurlijk niet in drie seconden. Daardoor laat ik zowel Venlo als Roermond links  liggen. Tegen half zeven arriveer ik in Heel bij een adres waar ik rond de middag – bellend – raak had geschoten. Opnieuw een riant huis op een mooie locatie. Ik krijg de éénpersoons kamer en heb de bovenverdieping weer voor mij alleen. Opnieuw een positieve ervaring. Hartelijke mensen en geen enkele ‘claim’.
De warme hap heet ‘Döner kip extra’ en vindt plaats bij het enige horecabedrijf in heel Heel dat open is, want het is maandag. Dinsdag verder.

Hier zet men geen koffie, maar wel over de Maas
Overnachten in Heel

Bericht 4

  • Datum: zondag 29 augustus 2021
  • Traject: Arnhem – Boxmeer
  • Afstand: 75 km
  • Weer: regen

Na een ontbijt met zicht op twee speelse eekhoorns begeef ik mij tegen tienen op weg. Mijn voortreffelijk gastheer zet mij vanaf een hoge trappositie op de foto. De kledij is veelzeggend, want vandaag heb ik vrijwel de hele dag een miezerige regen.

Vrijwel meteen stuit ik op enkele wegblokkades vanwege een wielerwedstrijd, waarvan ik passage even meemaak. Voor mijn neus neemt een groot peloton van vrouwen vanwege de nattigheid heel bedachtzaam een haakse bocht onderaan park Sonsbeek. Het fraaie Arnhem met z’n hoogteverschillen en trolleybussen is voor mij nog altijd de stad van tante Lien. Iemand bij wie ik als jong kind een tijdje in huis woonde.
Ik fiets tot Pannerden op met een stoer echtpaar die ook een rondje Nederland doen. We hebben allebei veel van dezelfde tochten gefietst, dus we kunnen leuke ervaringen uitwisselen. Voor Nijmegen neem ik twee keer een pontje. Eentje bij Huissen en één bij Millingen. De regen legt een grijze sluier over het prachtige rivierenlandschap langs de Waal met o.a. De Millingerwaard en de Ooijpolder. De lunch gebruik ik in Nijmegen. Ook onder Nijmegen zorgt een stuwwal weer voor de nodige hellinkjes.
Onderweg bel ik een gastadres in Boxmeer, waar ik om 6 uur intrek neem in een erg riante kamer op een bovenverdieping waar ik het rijk alleen heb. Dik voor mekaar!
(Terzijde: Max Verstappen had vandaag ook met heel veel regen te maken)

Vandaag een regendag
Pontje bij Millingen

Bericht 3

  • Datum: zaterdag 28 augustus 2021
  • Traject: Haaksbergen – Arnhem
  • Afstand: 102 km.
  • Weer: grijs weer, af en toe wat regen, maar….wind uit het Noorden!

Zoals veel Groningse familienamen eindigen op ‘ma’ en veel Friese op ‘stra’, zo houden de Twentenaren van ‘ink’: Mensink, Oude Wesselink, Kaemink of ….Baltink, de naam van mijn gastvrouw. Een krasse dame die woont in een bewerkelijk huis met een grote tuin. Bij een goed verzorgd ontbijt komt in een gesprek haar gezin en familie voorbij. Ze heeft altijd veel gasten onderdak geboden, maar bouwt nu wat af.
Om 9 uur verlaat ik het erf. De route brengt mij vandaag via Borculo (koffie), Vorden (lunchpauze), Bronckhorst, Brummen, Dieren en de Posbank naar Arnhem.
Ik ruil het Twentse landschap voor dat van de Achterhoek/Dinkelland. Er zijn veel overeenkomsten, maar Twente is toch wat glooiender. Rond Vorden tref je veel kastelen en dat maakt dat het landschap vaak sporen toont van landgoederen, bijvoorbeeld in de vorm van lange rechte beukenlanen.

Voorbij Vorden krijg ik voor het eerst na 6 grote fietstochten de primeur van een lekke band. Gelukkig betreft het mijn voorwiel.
Naast de oprit van een erf begin ik aan een bandenwissel, maar al snel krijg ik hulp van de bewoner van het erf. Al doende wisselen we nog fietservaringen uit. Een mooi geluk bij dit ongemak. Na een half uurtje kan ik mijn weg vervolgen. Pontje over bij Bronckhorst, kort bezoekje aan de ‘Gallery’ van Aaldering in Brummen en vervolgens over de Posbank naar Arnhem, waar ik een bed kreeg aangeboden van een mij zeer bekende fietsmaat. De man met de ligfiets uit mijn verslag van Antibes naar Emmen.
Onder het genot van allerlei lekkers hebben we een zeer genoegelijk avond op een heerlijk verwarmd balkon. Klasse.

Je komt van alles tegen
Primeur: lekke band

Bericht 2

  • Datum : vrijdag 27 augustus 2021
  • Traject : Tubbergen – Haaksbergen
  • Afstand : 90 km.
  • Weer  : af en toe buien, dus soms even schuilen en verder ‘in het pak’.

Eerst nog even over die ‘smalle weg’ van gisteren. Want het is een beetje voor ingewijden. In mijn jeugd dook af en toe de stichtelijke, in protestantse kringen bekende afbeelding op van de brede en de smalle weg. De brede weg was vol van wereldse verleidingen, dus het zal duidelijk zijn wat de boodschap was van deze prent. Misschien leuk om de afbeelding eens op te zoeken. Andere tijden.

Het gastadres was hartelijk, eenvoudig en bood gelukkig ook privacy. Dat laatste zal bij  de gastadressen nog wel eens variëren, want ik stel me zo voor dat je ook af en toe andere fietsers treft met mooie verhalen en ervaringen. Ook zijn er vast wel ‘Gastgeber’ (hebben wij daar geen woord voor?) die uit zijn op een praatje en misschien mede om die reden gastadres zijn. Want echt rijk wordt je er niet van : 22.50 pp per nacht inclusief ontbijt. In mijn geval een ontbijt met roomservice, compleet met tafel en al naar binnen gebracht. Ik ben benieuwd naar mijn verder ervaringen. Wordt vervolgd.

Tubbergen – Haaksbergen is hemelsbreed maar een schieteindje. Maar mijn fietsroute maakt een grote omtrekkende beweging, die mij voert naar Ootmarsum, Denekamp, Lutterzand, de campus van de UT, de Grolsch Veste en Boekelo. Op de campus van de UT was het een levendige bedoening vanwege de introductie van nieuwe studenten. Dat deed mij denken aan mijn eigen ervaringen, waaronder de jacht op handtekeningen van ouderejaars studenten. Die waren nodig om ‘goedgekeurd’ te worden. En ook krijg ik in Ootmarsum nog een mooi verhaal van een ex-Paoskearl. Een wat ? Zie internet.

Twente is een prachtig landsdeel met een eigen gezicht en volkslied dat aanvangt met ‘Er ligt tussen Dinkel en Regge een land, ons schone en nijvere Twente ‘. Wat maakt het Twentse landschap nou zo ‘schoon’ ? Het woord ‘bergen’ in veel plaatsnamen is al veelzeggend. Je blik wordt vaak gevangen door fraaie glooiingen – meestal stuwwallen -en achter bolle escomplexen wegduikende boerderijen. Boerderijen met rode pannen, een knik in het dak en hout in de voor- en achtergevel. Ook de vele houtwallen, bomen en bospercelen geven het landschap een zekere intimiteit. Een landschap bovendien waar akkers en weilanden samen voor variatie zorgen en waar de grootschaligheid niet regeert. Ton Schulten (Ootmarsum) heeft het op een kleurrijke manier in schilderijen vastgelegd. Zijn reproducties kom je in veel gebouwen tegen.

Maar het is niet alleen maar euforie op de fiets. De tocht valt me iets zwaarder dan gisteren. De hoogteverschillen en de regenbuien af en toe zijn mogelijke verklaringen. Ik vind het dan ook helemaal niet erg dat ik tegen vijven na 90 kilometers Haaksbergen binnen rol. Aan de voet van een stoere kerk, gebouwd uit Bentheimer zandsteen smaakt de Grolsch deze keer extra lekker.
Aansluitend meld ik me bij het gastadres. Het betreft een dame op leeftijd die in het verleden veel gasten ontving, maar nu aan het afbouwen is. Ik voeg mij prettig in die afbouw en neem intrek in een slaapkamer in haar vrijstaande woning aan de Geukerdijk. Prima.

Roomservice
De Poaskearls van Ootmarsum

Bericht 1

  • Donderdag 26 augustus 2012
  • Traject : Emmen – Tubbergen
  • Afstand: 105 km.
  • Weer: veel zon, ook wel bewolkt, kleine spatje regen, 21 graden

Om half negen laat ik de Mantingerbrink achter mij. De route naar Coevorden en Hardenberg is me bekend, maar de fietsroute die ik gebruik kiest hier en daar toch andere wegen, waardoor ik ook weer verrast wordt met mij onbekende buurtschappen zoals Schimmelarij, Aneveld en Engeland. 
De uitgetekende route combineert knooppunten met LF-routes, zoals bijvoorbeeld de Saksenroute en de Vechtdalroute. Onderweg valt mijn oog  o.m. op de vele zeer grootschalige veehouderijen met enorme schuren. Ook verbaas ik me weer over – naast gewone – de vele riante woningen en prachtige woonlokaties die ik passeer. 
Fietsen door Nederland heeft ook zo zijn eigen charmes, al was het maar vanwege de bekendheid en vertrouwdheid van bepaalde dingen: een bakje koffie bij Bakker Bart in Coevorden of een broodje rookworst bij de HEMA in Hardenberg. De koffie bij Bart biedt me tevens de gelegenheid om de teksten op de tegenover gelegen gevel te bestuderen.
Wat ook typisch Nederlands is en een gerust gevoel geeft, is dat ik regelmatig een fietsenmaker passeer. Je weet maar nooit.
En dan zijn er – naast de gelukkig weer geopende terrassen in dorpen en steden – ook heel veel ‘eigen’ terrassen bij huizen of boerderijen in het landelijk gebied. Zo ervaar je ook dat we in een dicht bebouwd en bevolkt land leven.

Tegen vijven rol ik Tubbergen binnen, waar ik eerst geniet van een blonde Grimbergen.
Daarna naar mijn gastadres. Een eenvoudig huis aan de Timmerstraat, waar ik hartelijk wordt ontvangen en mijn intrek neem in een kleine slaapkamer met een éénpersoons bed, een zitje en …..WiFi ! 
Voor de warme hap begeef ik mij nu richting centrum.
Een hele mooie start van mijn Tour d’Hollande.

In Coevorden meteen diepgang
De smalle weg, altijd goed.

PROLOOG

Op donderdag 26 augustus hoop ik te vertrekken voor een fietstocht langs de randen van Nederland. Daarbij maak ik gebruik van “Ronde van Nederland”, een uitgave van het Landelijk Fietsplatform en hier terug te vinden.

Omdat ik uitsluitend in Nederland blijf, ben ik lid geworden van ‘Vrienden op de fiets’. Dat houdt in dat je bij aangesloten gastadressen kunt overnachten, inclusief een ontbijt. Na aanmelding kreeg ik toegang tot een reserveringssite en verder ontving ik een pasje, een kaart van Nederland met daarop alle adressen en een gids waarin alle adressen staan vermeld met nadere gegevens. De eerste indrukken zijn prima. Ik heb voor de eerste twee nachten al contact gehad met gastadressen in Tubbergen en Haaksbergen en een bed kunnen vastleggen. Ik ben benieuwd.